Doorslapen bij baby's
Wanneer slaapt een baby (eindelijk) door?
Home » Baby » Baby en slapen » Doorslapen bij baby
De meest gehoorde vraag onder vermoeide ouders: ‘Wanneer gaat onze baby eindelijk doorslapen?’ Om daar een antwoord op te kunnen geven, is het belangrijk om te weten hoe het slapen bij baby’s werkt. Slaapcoach Simone vertelt meer over wanneer kinderen gaan doorslapen.
Simone Meijer
Simone Meijer is kinderslaapcoach en psychosociaal (kinder)therapeut in opleiding, met een eigen praktijk SlaapMoon. Ze heeft zelf twee jonge kinderen en besloot slaapcoach te worden vanuit een persoonlijke behoefte en ervaring.
Wat betekent ‘doorslapen’ eigenlijk? Voor de meeste ouders betekent doorslapen als je baby – en daarmee jullie dus ook – een nacht kan maken van bijvoorbeeld 23.00 tot 07.00 uur. Dus zo’n 7 tot 8 uur aaneengesloten slapen én het liefste ook nog een beetje tijd voor jezelf in de avond.
doorslapen = 4 á 5 uur achter elkaar slapen
Maar fysiologisch (door de natuur bepaald) gezien betekent voor een jonge baby ‘doorslapen’ 5 tot 6 uur achter elkaar slapen. Dit kan vanaf 4 tot 5 maanden het geval zijn bij jouw baby.
Maar het kan ook zijn dat jouw baby in die leeftijd nog vaker wakker wordt. Of juist iets eerder al langer achter elkaar kan slapen. Er zijn zoveel verschillen in de ontwikkeling, net als bij de cognitieve en motorische ontwikkeling: ieder kind doet dit op zijn of haar eigen tempo.
Vaak pas vanaf 6 maanden doorslapen
Pas vanaf 6 maanden gaan de meeste baby’s langer achter elkaar slapen. Sommige baby’s lukt het vanaf 6 maanden om 8 uur achter elkaar te slapen. Maar ook heel veel kindjes nog niet.
Laat je vooral niet gek maken door de verhalen van anderen. Jouw baby laat echt geen afwijkend gedrag zien als er met 6 maanden nog niet doorgeslapen wordt. Zeker als je borstvoeding geeft, kan je baby nog regelmatig voor een voeding komen in de nacht.
Slaapritme van een baby
Pasgeboren baby’s slapen op hun natuurlijke ‘slaapdrang’ en hebben dus niet ons 24-uurs ritme. Daarnaast wordt een baby geboren met een omgekeerd dag- en nachtritme. Pas tussen de 8-12 weken leren baby’s iets meer slapen zoals wij. Dus voor deze tijd hebben ze nog niet het vermogen om een hele nacht door te slapen. Daarnaast zijn er factoren die er voor zorgen dat een baby wakker kan worden:
Regelmatig een voeding nodig
Daarnaast hebben jonge baby’s nog elke 3 à 4 uur een voeding nodig, waardoor het slapen ’s nachts ‘verstoord’ wordt. Die voeding is hard nodig om te kunnen groeien.
Slaapcyclus van 45 minuten
Een jonge baby heeft een slaapcyclus van 45 minuten, in tegenstelling tot onze volwassen slaapcyclus van 90 minuten. Een slaapcyclus bestaat uit verschillende fases van minder diep en dieper slapen. In de relatief kortere slaapcyclus van een baby zijn er dus meer momenten dat jouw baby lichter slaapt en makkelijk wakker wordt door interne of externe prikkels.
Veel behoefte aan huid-op-huid contact
Ook ‘huidhonger’ speelt in de eerste 4-6 maanden nog een grote rol. Vaak en regelmatig huid-op-huid contact en nabijheid met de ouders of verzorgers is goed voor de lichamelijke en mentale gezondheid van je baby. Ook kunnen baby’s onder de 6 maanden zichzelf nog niet troosten. Dus zullen zij jouw hulp hiervoor vragen door te huilen, ook midden in de nacht. Genoeg redenen dus waarom je in de eerste 3 tot 6 maanden nog niet teveel van jouw kindje kan verwachten op het gebied van doorslapen.
Wanneer slaapt mijn baby door?
Oké, nu je een beetje meer informatie hebt over hoe baby’s leren slapen, wil je natuurlijk antwoord op de vraag: wanneer slaapt een baby door? Helaas kan ik je het antwoord op die vraag niet geven. Dat kan niemand.
Als ik wel een leeftijd zou noemen, dan denk jij wellicht dat je iets niet goed doet wanneer jouw baby dan nog niet doorslaapt. En dat is helemaal niet zo. Elk kindje is gewoon anders en onderbroken nachten blijven helaas bij de één wat langer spelen dan de ander.
Fysiek gezien kan je kindje vanaf 6 maanden langere tijd achter elkaar slapen in de nacht, zichzelf weer in slaap krijgen bij wakker worden en langer zonder een voeding. Er spelen echter zoveel meer dingen mee die invloed kunnen hebben op het (door)slapen van jouw baby. Het ene kindje is een betere slaper dan de ander, net zoals volwassenen. Vergeet helaas ook niet dat je gedurende de hele periode dat je kinderen jong zijn met meerdere fases te maken krijgt, waarbij je kindje (ineens weer) wakker wordt ’s nachts.
Tips om je baby beter te laten doorslapen
Je kan wel een hoop doen om het doorslapen een handje te helpen. En die tips ga ik natuurlijk met jou delen.
1. Knuffelen en je kindje bij je houden
Deze tip staat wat mij betreft met stip op nummer één. Houd je kindje de eerste maanden lekker bij je, knuffel veel en zorg voor het vertrouwen dat je er bent als je baby jouw nodig heeft. Je kan je baby hier niet mee verwennen. Sterker nog: kindjes die als baby goed en veilig gehecht zijn, laten later vaak juist een grote onafhankelijkheid zien. Mocht je jouw handen een beetje meer vrij willen hebben: een fijne draagzak kan dan echt een uitkomst zijn.
2. Oefenen met slapen in eigen bed
Je kan in de eerste maanden ook eens oefenen met het (zelfstandig) slapen in eigen bedje. Zo kan jouw baby gewend raken aan deze slaapomgeving. Forceer hierbij niks. Eén slaapje in het eigen bedje per dag is in het begin al helemaal prima. Je kan hierbij ook gebruik maken van een knuffeltje dat jij bij je hebt gedragen zodat jouw geur bij jouw baby in de buurt blijft.
Oefenen met zelfstandig slapen kan je ook heel goed in de wandelwagen doen, dit lijkt erg op het bedje. Je bent toch erg dichtbij én door de beweging lukt het vaak makkelijk om in slaap te komen of verder te slapen nadat er 1 slaapcyclus voorbij is.
3. Voldoende slapen overdag
Het wakker houden van je baby overdag in de hoop dat er ’s nachts beter of meer geslapen wordt lijkt heel logisch, maar werkt eigenlijk bijna altijd averechts. Bij oververmoeidheid laten veel baby’s juist een patroon van veel waken in de nacht zien. Is het niet in de eerste paar maanden, dan wel na de eerste slaapregressie op 4 maanden.
Eigenlijk is slaapregressie niet helemaal het juiste woord: het slapen kan tijdelijk wat minder gaan omdat er juist nieuwe dingen worden geleerd op het gebied van slapen. Dus eigenlijk is het slaapprogressie (het word ook wel slaapmaturatie genoemd).
Zorg dat je kindje op tijd in bed ligt, niet als je kindje al slaapt of erg aan het huilen is door de slaap, dan ben je eigenlijk al te laat. Bij slapend in bed leggen leert jouw kindje nooit om zelf in slaap te vallen in eigen bedje. En bij te lang wachten zal het fysiek onmogelijk zijn om in slaap te vallen omdat er in plaats van melatonine (slaaphormoon) juist cortisol (stresshormoon) wordt aangemaakt.
4. Ideale slaapomgeving
Let er op dat de temperatuur van de kamer waar jouw baby slaapt goed is. Ideaal is tussen de 16-18 graden. Ook een fijne slaapzak (met de juiste temperatuur) of prettig beddengoed dat voldoende ademt is belangrijk. Als jouw baby het te warm of te koud heeft, zal het doorslapen een stuk lastiger zijn. Zorg dat de kamer goed donker is en dat er geen prikkels zijn die het slapen moeilijker kunnen maken (denk ook bijvoorbeeld aan wifi of een telefoon te dicht in de buurt van het bedje).
5. Zorg voor een fijn bedtijdritueel
Als je een bedtijd- of slaapritueel hebt voor het slapen gaan dat elke dag hetzelfde is, zal er op dat moment ook een signaal naar de hersenen gaan dat er straks geslapen gaat worden. Dat vergemakkelijkt het in slaap vallen. Als het in slaap vallen makkelijker gaat en zonder al te veel hulp zal jouw kindje vaster slapen en bij tussendoor waken ook makkelijker zelf weer in slaap kunnen vallen.
6. Zorg voor rust overdag
Houd rekening met de activiteiten die je overdag onderneemt. Een uitstapje naar de supermarkt kan voor een jonge baby al erg veel zijn (nieuwe kleuren, geuren, geluiden, etc.), dus als je dan nóg iets gepland hebt staan die dag, kan dat voor sommige kindjes teveel zijn. Houd de avonden rustig, zet bijvoorbeeld liever geen tv aan met je baby erbij.
7. Probeer relaxed te zijn
Oké, ik snap dat deze makkelijker gezegd dan gedaan is soms: helemaal als je kindje onrustig is of weinig slaapt (en jij dus ook). Maar probeer niet te krampachtig met het slapen om te gaan. Kindjes zijn heel gevoelig en pikken jouw gemoedstoestand erg makkelijk op.
Wissel de nachten met je partner af, als dat kan. En dan niet allebei een paar uurtjes achter elkaar door in dezelfde nacht, maar zorg dat je écht even een hele nacht kan doorslapen. Wissel af. Als je uitgerust bent, zal je meer geduld hebben.
8. Je hoeft het niet alleen te doen: vraag om hulp
Het is helemaal niet gek om hulp te vragen als je net een kindje hebt gekregen. Als je zou vragen “Als je gaat verhuizen, vraag je vrienden en familie dan om hulp?”, zullen de meeste mensen die vraag met “ja” beantwoorden. Waarom zou je dit dan niet doen in de periode dat jouw kindje nog heel klein is en je alles nog moet ontdekken?
Misschien kan je baby een paar uurtjes naar een familielid, de buren of vrienden, zodat jij even me-time hebt. Of een nachtje uit logeren zodat je een nachtje écht kan slapen. Als jij goed voor jezelf zorgt, kan je ook beter voor jouw kindje zorgen.
How About Mom: een 'onmisbare app voor moeders' 📲