Tijdens het laatste bezoekje van de verloskundige staat op haar lijstje om bij jou na te vragen of je al gedacht hebt aan anticonceptie na de bevalling. Je bent als nieuwe mom immers hyper vruchtbaar. Op het moment dat jouw verloskundige je deze vraag stelt, is de kans groot dat jij op een stapel kraamverband zit en je afvraagt of je straks nog op kunt staan zonder dat je hooha eruit komt vallen. Seks? Nee bedankt!
Neem van ons aan: tijd heelt alle wonden – ook al voelt het op dat moment absoluut niet zo – en de zin om met elkaar te vrijen keert als het goed is op den duur ook weer terug (als dat nog even op zich laat wachten is dat ook normaal). Zodra de zin om weer met elkaar naar bed te gaan terug is, wil je er waarschijnlijk wel zeker van zijn dat jullie niet direct weer zwanger zijn. Tenzij twee kids in een jaar op je planning staat natuurlijk.
Dus komt anticonceptie om de hoek kijken. Het geven van borstvoeding kan werken als een vorm van anticonceptie, maar weet dat dit alleen geldt als je heel regelmatig (minimaal iedere vier uur) voedt en uitsluitend borstvoeding geeft, en je kindje jonger is dan zes maanden. Dit is dus geen betrouwbare vorm van anticonceptie!
Gemiddeld gezien kun je ergens na zes weken tot drie maanden na de bevalling je eerste menstruatie verwachten. Als je borstvoeding geeft kan dit langer op zich laten wachten. Je kunt pas weer ongesteld worden als je afbouwt of stopt met borstvoeding geven, maar vergis je niet: je kunt al wel weer vruchtbaar zijn. Met andere woorden: niet ongesteld worden is dus geen garantie dat je niet zwanger kunt raken.
Anticonceptie keuzes als je borstvoeding geeft
Als je borstvoeding geeft wordt het aangeraden om pas te starten met anticonceptie op basis van oestrogeen (bijvoorbeeld NuvaRing of de combinatiepil) als je baby ouder is dan zes weken en op z’n minst de helft van de voedingen via fles krijgt, omdat het invloed kan hebben op je melkproductie. Anticonceptiemethoden zonder oestrogeen zijn de mini-pil (cerazette), de prikpil, het anticonceptiestaafje, een hormoonspiraal en natuurlijk condooms.
Naast persoonlijke voorkeuren (hoe sta je tegenover hormonen, wil je iets moeten slikken iedere dag, hoe lang wil je beschermd zijn etc.) kan de keuze uit anticonceptie ook afhangen van het moment waarop je wilt starten met anticonceptie. Met de minipil kun je zes weken na de bevalling starten, net als het plaatsen van een prikpil.
Er wordt daarentegen aangeraden om het anticonceptiestaafje te plaatsen tussen de 21e en 28e dag na de bevalling. Het plaatsen van een spiraal, zowel de koper- als de hormoonspiraal, kan pas als je baarmoeder weer geslonken is tot haar normale grootte en mag niet eerder gebeuren dan zes weken na de bevalling. Vaak wordt aangeraden om tot 3 maanden na de bevalling te wachten. Overigens: het grote voordeel van het plaatsen van een spiraal nadat je een kindje hebt gehad, is dat het doorgaans een stuk minder gevoelig of pijnlijk is. Ik liet mijn spiraal zetten drie maanden na mijn bevalling en vond alleen de eendenbek wat ongemakkelijk, terwijl vriendinnen zonder kids bij het plaatsen van hun spiraal bijna het loodje legden.
Keuze uit anticonceptie als je geen borstvoeding geeft
Als je geen borstvoeding (meer) geeft, kun je alle vormen van anticonceptie gebruiken, maar zul je moeten kijken welke vorm het beste bij jou past en wanneer je wilt starten met het gebruik. Starten met de combinatiepil wordt bijvoorbeeld aangeraden tussen de 21e en 28e dag na de bevalling. De prikpil kun je, afhankelijk van het merk, daarentegen starten 5 dagen na de bevalling (SAYANA) of 18 dagen na de bevalling (DEPO-PROVERA). Als je kiest voor de NuvaRing raden veel huisartsen aan om hiermee pas te starten als je een eerste spontane menstruatie hebt gehad. De anticonceptiepleister kun je starten vier weken na de bevalling.
Wil je meer weten? Bespreek met je verloskundige of huisarts wat opties voor jou zijn, of bekijk op de site van De Verloskundige (vereniging voor verloskundigen) de folder over anticonceptie na de bevalling.