“Willen jullie een tweede kindje?” Het floept eruit voordat ik er erg in heb. Geschrokken kijk ik mijn vriendin aan, maar zij begint rustig te vertellen dat ze er nog niet over uit is, dat ze soms wel een soort druk ervaart van haar familie, maar dat ze ook wel heel gelukkig is zo. Ik realiseer me door haar antwoord dat mijn vraag, met name de manier waarop ik hem stelde, eigenlijk helemaal geen taboe-vraag hoeft te zijn. In tegenstelling tot wat we vaak horen of denken.
De reden dat ik schrok van mijn eigen vraag is omdat ik me er bewust van ben dat ‘kinderen’ een beladen onderwerp is. ‘Denken jullie wel eens na over nog een kindje?’ is een vraag waar een antwoord op kan volgen dat pijnlijk, verdrietig of lastig is. Of waarmee ik een ongemakkelijke situatie kan creëren. Tegelijkertijd besef ik dat door deze vraag op een open en onbevooroordeelde manier te stellen, ik mijn vriendin de ruimte geef om te kunnen delen waar ze mee zit.
Ik bespreek dit met met andere vriendinnen en kom tot de conclusie dat – ondanks dat we dit vaak horen – vragen of mensen een tweede (of derde, vierde) kindje geen vervelende of ongepaste vraag hoeft te zijn. Zolang je deze vraag maar stelt vanuit oprechte interesse en zonder oordeel, op een gepast moment, en op een manier die open laat of iemand er op wil reageren. En daar gaat het vaak fout.
Pas als we bewust of onbewust een waardeoordeel aan een vraag toevoegen, wordt het vervelend. Als we insinueren dat het ‘wel tijd wordt’, ‘dat je biologische klok tikt’ of ‘dat een broertje of zusje wel heel leuk zou zijn.’
Ik besef dat dit natuurlijk per persoon verschillend is. Er zijn vrouwen die heel open praten over alles waar ze mee zitten en er zijn vrouwen die hun zorgen en twijfels liever voor zichzelf houden. Maar door te stellen dat het ‘taboe’ of ‘not done’ is om te vragen naar iemands kinderwens, maken we het zelf een onderwerp waar je je voor zou moeten schamen, of waar je je mond over zou moeten houden. Het wordt not done als je er een oordeel aan toevoegt of als je niet om kunt gaan met het mogelijke antwoord op de vraag. Op “We proberen het al een jaar, maar het lukt nog niet” is ‘Oh… Lust je nog een stukje appeltaart?’ niet echt een fijne reactie.
Voor mijn gevoel komt het hier op neer: probeer je vriendinnen, kennissen of familieleden met kinderen niet te vragen of ze ‘al klaar zijn voor een tweede’. Of het al ‘begint te kriebelen’. Of er ‘nog een broertje of zusje’ bijkomt. Maar probeer – als je de vraag graag wilt stellen of ze nadenken over nog meer kinderen – dat vanuit oprechte interesse en zonder oordeel te doen. En probeer het vooral te doen op een moment waarop het gepast is, en niet in een kringverjaardag of aan een volle borreltafel.
Hoe kijk jij hier tegenaan? Vind jij de vraag of je ‘nadenkt over een tweede kindje’ wel of niet ongepast? Of ligt het er helemaal aan wie het vraagt en op welk moment? Heb je tips of adviezen?