Koen Deurloo is gynaecoloog bij het Diakonessenhuis in Utrecht, expert bij How About Mom én sinds kort ook schrijver. Zijn boek ‘Door de ogen van een gynaecoloog’ ligt vanaf deze week in de winkels. Hoog tijd om Koen op te bellen en hem het hemd van het lijf te vragen.
Een boek! Gefeliciteerd. Hoe ben je op het idee gekomen om een boek te schrijven?
‘Mijn zusje is redactrice en met haar had ik het weleens over het schrijven van een boek. Op een gegeven moment ben ik met een uitgeverij gaan praten, en zo geschiedde. Nu ligt het boek ‘Door de ogen van een gynaecoloog’ in de winkels. Een mijlpaal!’
‘Dat ik een boek heb geschreven is niet zozeer omdat ik dat altijd al wilde, maar meer omdat ik het belangrijk vind een kijkje te geven in het werk van een gynaecoloog. Het is namelijk wel wat anders dan wat je in Grey’s Anatomy voorbij ziet komen. We rennen echt niet de hele tijd rond. Integendeel.’
Een blik achter de schermen van een gynaecoloog dus. Waarom vind je het belangrijk om die blik te delen?
‘Ik merk dat informatie over zwangerschappen en bevallingen niet altijd gericht is op het ziekenhuis. Daardoor voelt het ziekenhuis voor veel vrouwen onbekend, en dat snap ik heel goed. Het is belangrijk om duidelijk te maken dat het niet per se slecht of vervelend hoeft te zijn als je in het ziekenhuis terechtkomt.’
‘Het is niet leuk, en vaak onverwacht, als je tijdens je zwangerschap in het ziekenhuis terechtkomt. Maar als dat wel gebeurt, dan hoop ik dat ik met mijn boek vrouwen in ieder geval kan informeren over hoe het eraan toegaat. En dat je ook in het ziekenhuis een hele mooie bevalling kunt hebben.’
Aan de hand van meer dan dertig verhalen neem je de lezer mee. Dat zijn mooie en verdrietige verhalen. Welk verhaal is je het meeste bijgebleven?
‘Alle verhalen – of ze nou mooi of verdrietig zijn – zijn me bijgebleven. Maar als ik er eentje moet kiezen, dan is dat toch wel de bevalling van mijn dochters. Mijn vrouw is bij beiden thuis bevallen. Dat betekent dat ik ook de andere kant heb meegemaakt en weet hoe mooi het is om thuis te bevallen in je eigen omgeving. Dat heb ik als heel positief ervaren, maar ook als heel kwetsbaar.’
‘Dat ik zowel mooie als verdrietige verhalen deel, is om een zo realistisch mogelijk beeld te schetsen van hoe het eraan toegaat in het ziekenhuis. Zo schrijf ik over de eerste moeder-geassisteerde keizersnede, maar ook over rouw en de samenwerking met collega’s.’
Je draait al jaren mee als gynaecoloog. Wat denk jij dat een dokter een goede dokter maakt?
‘Wat ik belangrijk vind, is om verder te kijken dan de hulpvraag en niet meteen met een oplossing te komen. Waar liggen je wensen? En waar liggen je grenzen? We noemen dat shared decision making. Als een vrouw absoluut geen keizersnede wil, wat is dan de reden daarvoor? Ik probeer daarom altijd verder te kijken dan de klacht of wens. Uiteraard is het mijn rol om ouders zo goed mogelijk in te lichten over de voor- en nadelen, maar uiteindelijk is het de keuze van de moeder.’
‘Een mooi voorbeeld van samen naar de beste oplossing zoeken is de moeder-geassisteerde keizersnede. Zo’n negen jaar geleden kwam er een vrouw bij ons die een traumatische eerste bevalling had gehad en heel graag haar kindje wilde opvangen tijdens de keizersnede. Dat had ik nog nooit gedaan, maar ik besloot me erin te verdiepen. Het was immers een diepgekoesterde wens van deze vrouw. Na veel overleg met collega’s hebben we een plan opgesteld om deze wens te vervullen. En dat is gelukt.’
In je boek gaat het niet alleen over zwangerschappen en bevallingen, maar ook over jou als gynaecoloog. Wat vind je het allermooiste aan je beroep?
‘Dat je mensen – in de meeste gevallen – meemaakt op een van de mooiste momenten van hun leven. Ik zeg altijd: ons doel is dat ieder kind veilig en gezond ter wereld komt. Als dat is gelukt, zorgt dat iedere keer weer voor heel veel blijdschap en geluk.’
Door de ogen van de gynaecoloog ligt nu in de winkels en is onder meer te verkrijgen via Bol.com.