Jackie van Pul is kraamverzorgende. In haar nieuwe blog vertelt Jackie over een lastige situatie bij een gezin waar ze kraamt op het moment dat ze nog niet zo lang is afgestudeerd. ‘Ik vlieg op om de deur open te doen voor de verloskundige. “Wat ben ik blij dat je er bent, dit trek ik echt niet meer”, zeg ik fluisterend en met de tranen al in mijn ogen.’
‘Ik heb een gezin aangewezen gekregen niet ver van mijn huis. Het is lekker weer en ik besluit om er op de fiets heen te gaan. Na zo’n 10 minuten fietsen kom ik aan bij het adres waar ik moet zijn en bel ik aan. Een man waarvan ik denk dat het de kersverse papa is doet open. Hij komt wat stug over en zonder dat ik hem kan lezen begroet hij mij. ‘Hoi’. ‘Hoi, ik ben de kraamverzorgende, Jackie. Zit ik hier goed?’ Ik twijfel haast of ik hier wel goed zit. ‘Ja, kom maar binnen’. Ik loop achter hem aan naar binnen. Het valt me gelijk op dat het een rommeltje is in huis. Zand en haren liggen op de vloer en het huis staat vol met spullen.
Op de bank zit zijn vrouw met de baby op haar arm. Ze is hem de fles aan geven. Achter haar kijkt een grote Duitse herder naar binnen en blaft wild naar me. Ik richt me weer tot de kraamvrouw en loop naar haar toe en steek mijn hand uit. ‘Hoi, ik ben Jackie, gefeliciteerd met jullie zoon’ en ik kijk ook de papa aan. ‘Ja dankjewel, ’t menneke is lekker rustig gelukkig’ zegt ze met een Brabants accent. Ik ga er even bij zitten en kijk mee hoe hij aan het drinken is.
Een ongemakkelijke sfeer
Er heerst een wat ongemakkelijke sfeer, want niemand zegt iets. De baby is klaar met drinken. ‘Zo hij heeft zijn buikje weer lekker vol’ zeg ik vriendelijk. ‘Hoeveel ml geven jullie hem? ‘Ik maak gewoon 60ml en dat geef ik hem’ zegt papa vanuit de keuken. Ik schrik. Het kindje is gisteravond geboren en het maagje is nog heel klein. In de eerste 24 uur bieden we 10-20 ml aan per voeding. ‘Ow jongens, dat is wel heel veel, hij heeft maximaal maar 20 ml nodig’ geef ik aan. Het lijkt ze weinig te doen wat ik zeg. Ze kijken niet op en reageren ook niet.
Zonder het kindje te laten boeren staat de moeder op om hem in de box te leggen. Ik kijk snel even op de fles, de baby heeft 30cc gedronken. ‘Zal ik jullie even laten zien hoe je hem een boertje kan laten doen na de fles? Dit is namelijk wel belangrijk anders kan hij alles uit spugen of last van zijn buik krijgen’. Ik sta op en loop naar de keuken om mijn handen te wassen. ‘Ja, dat mag’.
Ik proef al dat dit veel van mij zal kosten en dat ik niet goed weet hoe ik om moet gaan met de sfeer die hier hangt en de manier waarop er gecommuniceerd wordt. Ik laat die gedachte even voor wat het is en pak de kleine uit de box. ‘Ik leg een doekje over mijn schouder en dan leg ik hem daar neer, vervolgens klop ik wat op zijn rug en… ‘ ‘BURPP’, de baby laat een harde boer. Ik moet lachen om de immense boer die eruit komt. Het ijs lijkt al iets meer gebroken, iedereen moet lachen om de grote boer die de baby liet.
Ik voel me verre van welkom
‘Hier, wil je hem niet even lekker vasthouden om te knuffelen’? Ik loop met hun baby richting de kraamvrouw. ‘Neee, doe maar niet, ik wil echt niet dat hij daar nu al aan gaat wennen, leg hem maar gewoon in de box’ en ze schudt haar hoofd. Ik probeer haar uit te leggen dat ze hem dat nog niet aan kan leren en dat contact met je kindje juist heel goed is maar ze blijft bij haar punt. Ik leg hem in de box onder een dekentje en ik maak twee kruiken zodat hij lekker warm ligt. Hierover geef ik de nodige informatie, al heb ik niet het idee dat het helemaal aankomt. Ik moet bij dit gezin deze week volledige zorg bieden, maar ik moet eerlijk zeggen dat ik er tegen op zie. Ik voel me nu al verre van welkom.
Wanneer deze dag erop zit, ben ik blij dat ik thuis ben. Ik besluit mijn hart te luchtten bij mijn werkgever. Altijd fijn als dat even kan en ik krijg de bemoedigende woorden dat ik dit kan en dat ik gewoon moet bellen als er iets is. Dit geeft wel een beetje rust en ik ga lekker slapen.
‘We hebben hem gewoon laten liggen’
Wanneer ik de volgende morgen weer op de fiets aankom bij het gezin zucht ik nog eens diep als ik aanbel. Ik hoor eerst een hond druk blaffen en wat gerommel binnen. Een deur sluit zich en ik hoor voetstappen richting de deur komen. ‘Morgen’ klinkt het en vader loopt al richting de woonkamer. ‘En hebben jullie een beetje kunnen slapen tussen de voedingen door’? vraag ik ze.
‘Oh ja hoor, we hebben hem gewoon laten liggen en hij sliep gewoon’ hoor ik een stem zeggen vanuit de keuken. ‘Hee goeiemorgen, oh en hoe lang heeft hij doorgeslapen dan’? ‘Van 22:00 tot nu nog steeds’. Shit! Tien uur lang doorslapen is voor een pasgeboren baby wel echt heel erg lang hoor. Ik baal dat ik ze hierop moet aanspreken. Helemaal aangezien mijn advies was om hem elke drie à vier uur te wekken en te voeden maar besluit het toch te doen.
‘Het is eigenlijk niet zo heel goed om hem zo lang te laten slapen zonder voeding, mijn advies zou voor de komende nacht weer zijn om hem te wekken’, zeg ik. ‘Ja weetje, onze ouders vinden dat ook een bietje onzin om een kind wat slaapt wakker te maken dus ja liever niet eigenlijk’ reageert de kraamvrouw. Ah nee he… denk ik bij mezelf. Ik geef nog één keer aan dat het heel belangrijk is en besluit het daarna te laten rusten. Erover bezig blijven heeft ook geen zin.
Ik maak een lijstje met de niet pluis gevoelens en feiten
Gedurende de dag komt er maar geen sfeer en de ouders lijken niet voldoende te beseffen wat hun kindje nodig heeft aan zorg. Ik besluit een lijstje te maken met de niet pluis gevoelens en de feiten. Wanneer ik het kindje gewogen heb en hij flink is afgevallen, besluit ik contact te leggen met de verloskundige over mijn zorgen. ‘Ik kom morgen op visite, dan zal ik het gesprek ook even met ze aan gaan’, zegt de verloskundige. ‘Vind je dat oké’? vraagt ze me. Ik voel me deels opgelucht. ‘Heel erg bedankt, dat zou ik heel fijn vinden. Kom je in de ochtend’? ‘Ja, ik probeer in de morgen te komen, succes! Oh en Jackie, wat je wel al kan doen met mijn toestemming is het consultatiebureau bellen en dat we het fijn zouden vinden als ze al iets eerder in beeld willen komen met jouw argumenten’.
We hangen op en ik fiets naar huis toe. Ondertussen reflecteer ik op de situatie. Waarom voel ik me zo rot onder deze sfeer? Ik weet wel van mezelf dat ik een gevoelsmens ben en aanvoel als er iets niet goed zit. Trek ik het mezelf teveel aan? Er gebeuren wel dingen die niet helemaal zo horen te gaan. Iedereen is natuurlijk vrij om te doen wat ze zelf willen met de informatie die ze krijgen, maar hier is geen balans in te vinden.
Ik ben thuis, gooi mijn tas in de hoek en ga zitten met het papiertje waar ik alles opgeschreven heb en bel het consultatiebureau. Gelukkig geeft de lieve mevrouw aan de andere kant van de lijn aan dat het goed is dat ik bel en dat er wel wat hulp bij mag komen kijken om de ouders wat beter te kunnen ondersteunen. ‘Er zal iemand morgen naar het gezin bellen om een afspraak te maken en dan komen we ergens in de komende dagen langs om alvast de intake te doen’. Dit geeft me een gerust gevoel.
‘Ons kind markeert toch niets?!’
De derde zorgdag is aangebroken en ik merk dat de kraamvrouw afstandelijk is. ‘Kan ik misschien iets te drinken voor je inschenken of wil je iets eten?’ vraag ik haar. ‘Nee dat hoeft niet’ krijg ik terug. Hmm.. Dan ga ik maar alvast boven de badkamer schoonmaken en het bed opdekken. De spanning trek ik mezelf enorm aan. Ik maak graag een praatje en wil dat iedereen zich oké voelt bij de situatie.
Wanneer ik terug beneden kom ligt het kindje zonder dekentje en kruiken in de box terwijl hij al best wat moeite moet doen voor een temperatuur van 36,6. ‘Heb je ergens een dekentje liggen? Het is namelijk wel belangrijk om hem de warmte te geven die hij nodig heeft. Zijn eigen kachel opstoken kost hem veel energie en het zou hem helpen als wij die functie voor hem overnemen door een dekentje en kruiken te gebruiken’ vertel ik haar. Ze zucht. ‘Ja, dat hoeft dus helemaal niet, elke keer dat gedoe wat we moeten doen, ons kind mankeert toch niets’. Ze komt geïrriteerd over en ik schrik van haar reactie. Hoe moet ik hier nou mee omgaan denk ik bij mezelf. Ik trek terug in mezelf en zal blij zijn als de verloskundige hier zo is.
Ze rolt met haar ogen
Wanneer ik aan tafel zit om alle informatie op te schrijven gaat de bel luid. Ik vlieg op om de deur open te doen. ‘Ik ben zo blij dat je er bent, dit trek ik echt niet meer’ zeg ik fluisterend en met de tranen al in mijn ogen. ‘Meid toch, kom hou je even sterk. We gaan even met ze praten’. Ze aait over mijn schouder. ‘Hallo, goeiemorgen. Hoe gaat het hier?’, vraagt de verloskundige vrolijk en ze zet haar tas neer. ‘Och kijk nou toch wat een mooie zoon hebben jullie’. ‘Dankjewel, ja het gaat goed hoor, wel heel moe allemaal’ geeft ze aan. ‘Ja? Hoe komt dat? Veel nachtvoedingen?’ vraagt de verloskundige. Yes, ze haakt er gelijk op in.
Ik zit gespannen aan tafel, benieuwd wat er gaat komen. ‘Nee, want we laten hem gewoon slapen en hij slaapt al door. Dat zal jij vast ook niet oké vinden’. De verloskundige denkt even een paar seconden na voor ze iets zegt. ‘Nou, het is inderdaad wel tegen onze adviezen in. Als je kindje behoefte heeft aan langer slapen is dit natuurlijk geen probleem, maar met het afvallen en zijn lage lichaamstemperatuur is 10 uur door slapen wel erg lang en ongezond’. Mee dat de verloskundige dit vertelt, draait de kraamvrouw met haar ogen.
‘Waarom willen jullie hem niet die voeding geven die hij nodig heeft?’, besluit ik te vragen. Haar man neemt het woord over: ‘Onze ouders vinden het ook grote onzin om een kind dat gewoon lekker slaapt wakker te gaan maken en het gaat verder ook gewoon prima’. ‘Ja, maar dit is echt ongezond, ik zou jullie echt adviseren om je kindje in ieder geval na vijf uur wakker te maken in de nacht om te voeden’ geeft de verloskundige nog een laatste keer aan.
‘Kijk, het is jullie kindje, maar de adviezen van Jackie zijn wel erg belangrijk om op te volgen. Ik heb met haar overleg gehad omdat ze toch wat zorgen heeft of de informatie wel goed aankomt. We hebben daarbij samen besloten dat het consultatiebureau al een paar dagen eerder bij jullie langs gaat komen om een helpende hand te bieden waar dat nodig zou zijn. Wat vinden jullie daarvan’? Ze kijken elkaar aan. ‘Als we het schijnbaar zo verkeerd doen dan zal dat wel moeten hè’, geeft de kraamvrouw aan. ‘Het is niet dat jullie het verkeerd doen, maar er zijn wel wat punten die de eerste dag al naar boven kwamen en waar jullie wat meer begeleiding bij mogen krijgen’ vul ik aan.
Het lijkt ze weinig te interesseren
Uiteindelijk stemmen ze ermee in en deel ik mee dat het naar mijn idee ook beter is als er een meer ervaren kraamverzorgende hen komt ondersteunen en dat ik dus zal vertrekken. Ze lijken het allemaal weinig te interesseren. We nemen afscheid en ik ga samen met de verloskundige weg. Over een uurtje zal hier een andere collega mijn werk over gaan nemen en zij is al op de hoogte gebracht door mijn werkgever. Het is voor iedereen beter zo denk ik.
Een voor mij heftige ervaring, de sfeer voelde zo gespannen aan en om je adviezen zo in de wind te zien verdwijnen geeft geen goed gevoel. Ik moet leren hoe ik ook moet handelen in deze situaties maar voor nu is het even te veel geweest. Deze ervaring neem ik mee in de toekomst.’
Meer lezen?
6 tips van een postpartum behandelaar om je voor te bereiden op de kraamtijd