Drie jaar geleden zag ik de geweldige documentaire ‘Nu verandert er langzaam iets’ over Nederland als coachingsland. Het aantal coaches was toen al – dit was in 2019 – in een paar jaar tijd met 60% (!) gestegen. De afgelopen jaren is die wildgroei aan coaches, ook in de zorg voor moeders en ouders, niet verminderd.
Het beeld van millennials die voor alles een coach makkelijk inhuren, is misschien een tikje overdreven. Toch kun je wel stellen dat de hoeveelheid coaches geëxplodeerd is in de afgelopen jaren. Van slaapcoaches voor baby’s en kinderen, burn-out coaches tot postpartum, bitcoin coaches of female empowerment coaches. Voor ieder ‘probleem’ in je leven kun je online een coach vinden.
Onze wereld lijkt maakbaar. Daarom zijn we het steeds logischer gaan vinden om diensten in te schakelen om ons leven fijner of makkelijker te maken.
Coach: geen beschermde titel
De term ‘coach’ is geen beschermde titel: iedereen mag zich coach noemen. Vergelijk dat bijvoorbeeld met een gezondheidszorg psycholoog (GZ psycholoog), die na een universitaire studie psychologie een aanvullende universitaire opleiding moet volgen van 2 jaar voordat zij of hij zich ‘GZ psycholoog’ mag noemen. Om zelfstandig mensen te kunnen behandelen, moet hij of zij naast werkervaring ook aan registratie en kwaliteitseisen bij een beroepsvereniging en soms zorgverzekeraar voldoen.
Maar ‘coach’ is geen beschermde titel: met een inschrijving bij de Kamer van Koophandel kun je een eigen coachingspraktijk beginnen. Met of zonder opleiding.
Niet op tijd doorverwijzen
De zorgen die experts hebben gaan over de coaches die niet goed opgeleid zijn, zonder certificaat coachen of niet weten wanneer ze moeten doorverwijzen. Neem een coach die zich richt op slaapproblemen bij jonge kinderen of trauma bij baby’s. Wanneer er geen kwaliteitseisen zijn voor coaches, en het lastig is om de ervaring of opleiding van een coach te checken, zouden moeders of ouders juist verder in de problemen kunnen raken. Zo kan een situatie in theorie verslechteren. Of verliezen ze het vertrouwen in zichzelf, hun kind of professionals.
Het kan zijn dat problemen ontstaan in wat experts de ‘ouder-kind interactie’ noemen. Vaak is er meer aan de hand dan ‘alleen’ het slechte slapen en is het het slechte slapen een symptoom van onderliggende problemen, waar ouders ook hulp of ondersteuning bij nodig hebben.
Slaapcoaching: ook geen beschermde titel
Ook het gebied van slaapcoaching is aan een grote groei bezig. Opvallend vaak starten vrouwen de opleiding omdat ze zelf te maken hebben gehad met slaapproblemen bij hun eigen kind(eren). Kinderslaapcoach is een beroep dat een paar jaar geleden nog nauwelijks bekend was. Ook hier geldt: omdat de term ‘slaapcoach’ geen beschermde titel, mag iedereen zich (kinder)slaapcoach noemen.
Droomritme Coach, Gentle Sleep Coach: er zijn verschillende opleidingen om slaapcoach te worden. Die opleiders bepalen zelf de eisen voor de opleiding. Er is niet één organisatie in Nederland die daarop toeziet. Online zijn er ‘opleidingen’ voor slaapcoaching te vinden die je in een weekend kan doen. Daarna zou je als kinderslaapcoach aan de slag kunnen.
Heel eerlijk: ik trok laatst mijn wenkbrauwen op toen ik bij een nieuwe slaapcoach-opleiding las: ‘onze oprichter heeft ook een cursus kinderpsychologie succesvol afgerond en is docente babymassage’. Een cursus kinderpsychologie?
Wildgroei aan slaapcoaches
In het programma Pointer afgelopen zondag kwam de wildgroei aan kinderslaapcoaches aan bod. Er is geen kwaliteitskeurmerk of vereniging voor alle slaapopleidingen of coaches. Er is wel een beroepsvereniging voor alle Nederlandse Gentle Sleep coaches, maar deze ziet alleen toe op de kwaliteit van deze coaches volgens de richtlijnen van deze specifieke opleiding.
In Nederland bestaat er nog geen algemene beroepsvereniging voor (kinder)slaapcoaches. Er zouden kwaliteitseisen moeten komen voor de titel slaapcoach, vinden ook een aantal slaapcoaches zelf. Dat zou kunnen helpen bij meer regulering van kinderslaapcoaches. Zo kunnen ouders beter beoordelen of een coach kundig genoeg is om hen écht verder te helpen.
“Ouders zijn vaak uitgeput”
Simone Meijer is kinderslaapcoach met een eigen praktijk SlaapMoon. “Als een coach puur op basis van eigen ervaring werkt, heb je de kans dat die verkeerde adviezen geeft. Het is belangrijk om je te beseffen dat je met kwetsbare ouders werkt. De ouders zijn vaak uitgeput door het slaapgebrek. Daar moet je niet lichtzinnig mee omgaan. Het is belangrijk dat je als slaapcoach ook weet wanneer je de ouders moet doorverwijzen. Als bijvoorbeeld een vermoeide moeder in wankel evenwicht is, kan er een verhoogd risico zijn op het ontwikkelen van een depressie. Als slaapcoach moet je dit ten minste kunnen herkennen zodat je adequaat kan doorverwijzen”.
Daarnaast wordt er door slaapcoaches vanuit verschillende methodes gewerkt en bij veel methodes worden er schema’s of ritmes gebruikt, vertelt Simone. “Ritmes kunnen helpen om rust te creëren. Door de duidelijkheid kan er door ouders en kind meer geslapen worden. Maar ritmes moeten nooit een doel op zich zijn, het is bedoeld als hulpmiddel. Ouders die constant naar de klok kijken, of ze niet te laat zijn om hun kindje op bed te leggen, zijn niet geholpen. Dit geeft juist extra stress.”
“Als slaapcoach moet je ouders helpen hoe ze de behoeftes van hun kindje kunnen herkennen en hier op te durven vertrouwen. Uiteindelijk is het doel dat ze met een zelfverzekerd gevoel zelf verder kunnen. In de babytijd gebeurt er zoveel op het gebied van groei en ontwikkeling, dat er altijd wel iets is wat het slapen -tijdelijk- kan verstoren. Het is de taak van de slaapcoach om ouders handvatten te bieden hoe ze hier het beste mee om kunnen gaan.”
Coach is geen beschermde titel, daarom is het belangrijk om de opleiding, achtergrond en ervaring van een slaapcoach te checken. Naast een opleiding – en liefst een achtergrond of studie – heeft iemand ook veel vlieguren en bijscholing nodig. Vanuit de ervaring van het werken met gezinnen, aangevuld met bijscholing, overleg met collega’s en bijvoorbeeld het lezen van vakliteratuur of bijwonen van landelijke congressen moet een slaapcoach kennis en kunde onderhouden en verbeteren.
Minder slaap hoort er bij, slaapproblemen niet
Simone: “Minder slaap in de eerste jaren met jouw kindje hoort er bij. Een slaappatroon dat afwijkt van de norm is pas een probleem als het de ontwikkeling of welzijn van het kind of het welzijn van de ouders in gevaar brengt.”
“Het is daarom goed om bepaald slaapgedrag te normaliseren. De meeste baby’s slapen nou eenmaal niet een hele nacht van 19.00 tot 07.00. Ouders zien het soms als een brevet van onvermogen wanneer zij de vraag “slaapt je baby als door?” niet bevestigend te kunnen beantwoorden. Laten we die vraag vooral niet meer aan ouders met jonge kinderen stellen. Vraag liever: Hoe gaat het nou écht met je? Ik kan me voorstellen dat het soms pittig is met minder slaap.”