De fasen van de bevalling

Hoe verloopt de bevalling? En wat kun jij in de verschillende fasen doen?

De bevalling: het is magisch en tegelijkertijd (of misschien juist daardoor) spannend. Wanneer gaat het beginnen? Hóe gaat het beginnen? En hoe gaat het verlopen? In dit artikel vertellen we je alles over de verschillende fasen van de bevalling. 

Irene Sonneveld

Irene Sonneveld

Eerstelijns verloskundige en orthomoleculair therapeut. Irene helpt vrouwen voorbereiden op een zwangerschap.

Geen enkele bevalling verloopt precies hetzelfde, maar iedere bevalling bestaan wel uit dezelfde fasen. De latente fase is de eerste fase van de bevalling. Daarna volgt de actieve ontsluitingsfase, de overgangsfase en het spannendste moment van je bevalling: de uitdrijvingsfase. De vierde en laatste fase van de bevalling is de nageboortefase.

Deze fases vloeien geleidelijk in elkaar over en soms is het lastig te zeggen in welke fase je je bevindt. Gemiddeld duurt een bevalling 12 uur, maar dit is heel individueel bepaald. Het is onder andere afhankelijk van of het je eerste kind of een volgend kind is, maar ook vanaf welk moment je gaat tellen. Verloskundigen beginnen met tellen vanaf het begin van de actieve fase. 

De voorbereidingsfase

In deze fase begint het te rommelen. Je voelt vaak een beetje menstruatieachtige krampen, maar ze komen nog niet regelmatig, duren niet lang en zijn ook nog niet zo pijnlijk. In deze fase kan het zijn dat het door gaat zetten, maar het kan ook zijn dat het weer afzakt. Dit laatste gebeurt vaker bij vrouwen die al eerder een kind hebben gekregen. Qua baarmoedermond kan dit ervoor zorgen dat deze zachter wordt en iets platter, ook kan er iets van ontsluiting optreden. Wat je zelf kunt merken is dat je tijdens deze krampen vaak gewoon nog bezig kunt blijven en weinig last ervan ondervindt.

Latente fase van de bevalling

Wist je dat bevalling slechts in 10% van de gevallen begint met het breken van je vliezen? In 90% van de gevallen starten eerst de weeën. Als de weeën net beginnen is het niet gek om je af te vragen ‘of dit het echt is’. Je kunt in meeste gevallen gewoon nog kletsen, lachen, lopen en een beetje rommelen in huis.

Bij sommige vrouwen zijn de krampen of weeën direct erg intens, maar bij veel vrouwen kan deze latente fase makkelijk een paar uren (bij een eerste kindje zo’n 6 a 8 uur, bij een volgend kind gemiddeld 5 uur) aan de gang zijn voordat de weeën steeds vaker komen en pijnlijker worden. Onthoud wel: het kan ook langer duren, of juist heel snel gaan. In deze fase kun je merken dat je je meer moet concentreren op de krampen of weeën en dat je ze in toenemende mate weg moet zuchten, maar dat het tussendoor kan voelen alsof er niets aan de hand is.

Dit is de fase waarin de bevalling wat meer gaat doorzetten. De krampen of weeën worden regelmatiger, gaan langer duren en nemen ook toe qua intensiteit. Vaak is het in deze fase nog wel goed te doen qua wegzuchten. In deze fase komen de weeën ongeveer iedere 5 minuten en duren ze ongeveer een minuut. De baarmoedermond wordt wat zachter, wat platter en kan tot ongeveer 3-5 cm open gaan staan. Dit noemen we ontsluiting.

Actieve fase van de bevalling

Deze fase kenmerkt zich door regelmatige weeën die je actief weg moet zuchten en die ongeveer een minuut duren. De weeën komen iedere 2-3 minuten en duren ongeveer een minuut. Het hoofdje van de baby komt steeds iets dieper in het geboortekanaal. Qua ontsluiting gaat het gemiddeld met 1 centimeter per uur, maar hier zit heel veel variatie in. Deze actieve fase duurt voor een eerste kind gemiddeld 7 uur en voor een volgend kind gemiddeld 5 uur. Ook hier weer de disclaimer: het kan langer duren, maar ook juist sneller gaan. 

Je merkt vanzelf dat je je nu meer moet gaan concentreren op de weeën, omdat je meer je best moet doen bij het opvangen. Zorg voor een rustige ademhaling: in door je neus, rustig uit door je mond. Adem richting je buik. Misschien helpt het om wat te puffen. Je zult ook merken dat je in deze fase wat meer in jezelf gekeerd raakt of je moe voelt. Dat komt door de endorfines die worden aangemaakt door de ontsluiting: deze hormonen werken pijnverzachtend. Neem eventueel een warm bad (*informeer als je vliezen gebroken zijn eerst met je verloskundige) of een warme douche.

Wat heel kenmerkend is aan deze actieve fase is dat je meestal echt in je eigen bubbel zit. Je hoort wel wat er om je heen gebeurt, maar je neemt zelf geen deel meer. 

Misschien vind je het fijn om te liggen, misschien sta je liever of voelt het fijn om over de tafel leunen of ergens tegenaan te hangen. Probeer, ondanks de pijn, een positieve mindset te houden. De pijn die je voelt heeft een functie, een doel. Hou vertrouwen in jezelf, in jouw lichaam.

Overgangsfase

Als je ongeveer acht centimeter ontsluiting hebt, kom je in de overgangsfase. Dit is de fase waarin de ontsluitingsweeën overgaan in persweeën. Over het algemeen wordt dit als een van de heftigste momenten van de bevalling gezien, want de weeën zijn nu sterk en komen vlak na elkaar. Er lijkt geen pauze meer tussen te zitten. Je doet er echt goed aan om, zelfs nu, in beweging te blijven. Help je kindje mee te zakken in het bekken door je heupen te draaien en de zwaartekracht een rol te laten spelen. Wissel van bevalhouding. Laat je partner of verloskundige je helpen, zelfs als je zelf het idee hebt dat je niet meer kunt wisselen.

De persfase

Op een gegeven moment is het zover: je hebt volledige ontsluiting. Dat betekent dat je baarmoedermond (bijna) 10 centimeter ontsloten is en je bijna kunt gaan persen.

Wanneer je volledige ontsluiting hebt kun je ‘reflectoire persdrang’ ervaren. Dat voelt als een oerkracht in je lichaam die je vertelt dat je MOET persen. Heel charmant gezegd voelt het alsof je onwijs nodig moet poepen. Als het hoofdje van je baby diep genoeg in het geboortekanaal zit, dan kun je beginnen met persen.

De baby maakt een draai door het geboortekanaal. Op een gegeven moment is er een hoofdje te zien. Bij iedere wee komt het hoofdje een stukje verder, maar gaat het ook een klein stukje terug. Twee stapjes naar voren, eentje terug – dat idee. Je kunt, als de perswee even wegzakt, het hoofdje zelf voelen, of met een spiegel meekijken tussen je benen.

The ring of fire

Als het hoofdje bijna naar buiten komt, voel je een intens, brandend gevoel tussen je vagina en de anus, het perineum. Dat brandende gevoel wordt ook wel ‘the ring of fire’ genoemd. Dit betekent dat het hoofdje ‘staat’: het zakt niet meer terug naar binnen. Dit is een moment waarop je er goed aan doet om te luisteren naar de aanwijzingen van de verloskundige om te voorkomen dat je inscheurt. Het is vooral zaak om niet mee te persen, maar je weeën weg te puffen. Met kleine, korte pufjes, op aanwijzing van je verloskundige. Met een warm washandje kan de verloskundige helpen om het perineum te laten ontspannen en rekken. Nadat het hoofdje eruit is – het grootste deel van de baby – zal de verloskundige of gynaecoloog het lijfje naar buiten begeleiden.

Hoe lang duurt de perfase?

Bij een eerste kind duurt dit gemiddeld één uur, bij een volgend kind gemiddeld 13 minuten. En jawel: ook dit kan langer duren, of juist sneller gaan. Zelf ben ik een voorstander van persen in verschillende bevallingshoudingen, met name verticale houdingen zoals op handen en knieën, staand of hurkend naast het bed en op de baarkruk. Zo helpt de zwaartekracht jou een handje bij het persen.

fasen bevalling

Nageboorte

Nadat je baby geboren is, is de bevalling nog niet afgelopen. Daarna moet namelijk de placenta (moederkoek) nog geboren worden. Dit wordt de fase van de nageboorte genoemd. Zodra de baby geboren is, zal je verloskundige of gynaecoloog aan je buik voelen om te voelen hoe hoog je baarmoeder staat en of deze goed samengeknepen is. Dit laatste is belangrijk omdat dit zorgt voor zo min mogelijk bloedverlies.

Na gemiddeld 15 minuten komt de placenta los van de baarmoeder en wordt deze geboren. De ene vrouw voelt hierbij kramp in haar buik (een soort wee), de andere vrouw minder. Je verloskundige of gynaecoloog kijkt de placenta na om te bekijken of de moederkoek in tact is en of er geen placentarest is achtergebleven zitten er inderdaad 3 vaten in de navelstreng en lijkt op het oog de placenta compleet.

In principe wordt er een half uur tot een uur afgewacht tot de placenta geboren wordt, onder voorbehoud dat de hoeveelheid bloedverlies normaal is. Soms wordt ook geadviseerd om een injectie te krijgen met synthetische oxytocine, een hormoon dat ervoor zorgt dat je baarmoeder (beter) samenknijpt en daardoor hopelijk de placenta eerder geboren wordt en het bloedverlies zo min mogelijk is. Je kunt zelf aangeven of je deze injectie met oxytocine wil, mits er geen medische noodzaak is. Weet dat je, net als binnen alle andere onderdelen van jouw bevalling, zelf hierin een keuze hebt. Mocht je hier meer over willen weten, vragen of twijfels hebben, bespreek dit dan van te voren met je verloskundige of gynaecoloog en neem er eventueel iets over op in jouw geboorteplan. 

Na de geboorte van de placenta

Als ook de placenta geboren is, worden er nog een aantal controles gedaan, zoals het checken van de hoogte van je baarmoeder, de hoeveelheid bloedverlies in de gaten houden en de algemene conditie van je baby controleren.

Veel vrouwen lopen tijdens de bevalling een ruptuur op: een klein scheurtje in de vagina of schaamlippen. Na de geboorte zal de verloskundige of gynaecoloog bekijken of er hechtingen nodig zijn. Meestal kan je eigen verloskundige dit doen, in een enkel geval is het nodig dat de gynaecoloog dit doet. Als de hoeveelheid bloedverlies na de bevalling normaal is, wordt dit hechten op jouw tempo gedaan. De ene vrouw zegt ‘let’s just get it over with’, de andere vrouw zegt ‘laat mij eerst maar even bijkomen’. Het wordt hoe dan ook eerst verdoofd voordat er gehecht wordt en indien nodig, kan er altijd nog bijverdoofd worden.

Waarom het gouden uur na de bevalling zo belangrijk is

Controle van de baby

Na de geboorte wordt jouw kindje wordt onder andere helemaal nagekeken. Zitten alle tien vingers en teentjes erop, wat is de temperatuur en het gewicht, zijn er bijzonderheden? Als jullie daarmee akkoord gaan, krijg je kindje vaak ook een paar druppels vitamine K voor de bloedstolling voor de eerste week toegediend.

De eerste anderhalf a twee uur na de geboorte van je baby blijven je zorgverleners nog in de buurt om in de gaten te houden hoe het met jou en je baby gaat. Nadat je een beetje bent bijgekomen, en wat gedronken en gegeten hebt, kun je onder begeleiding van de kraamzorg of verpleegkundige rustig gaan douchen.

Eerste keer plassen na de bevalling

Het is belangrijk dat je binnen zes uur na de bevalling geplast hebt. I know: dat voelt in het begin altijd een beetje raar en zeker niet prettig. Het makkelijkste is om dat plassen onder de douche te proberen, dan kun je tegelijkertijd spoelen met water. Ben je thuis bevallen, dan ligt het aan het tijdstip of de kraamzorg blijft of naar huis gaat en er de volgende ochtend weer is. Ben je in het ziekenhuis bevallen en is alles goed gegaan, dan mag je vaak na het douchen en plassen naar huis. In sommige gevallen komt de kraamzorg dan sowieso nog even langs voor wat opstartzorg, ook ’s avonds en ’s nachts, maar dit geldt niet voor iedere kraamzorgorganisatie.

Dit artikel beschrijft een gemiddelde bevalling en iedere bevalling verloopt natuurlijk anders. Er zijn tientallen verschillende scenario’s te bedenken en van tevoren is niet te zeggen hoe jouw bevalling exact gaat verlopen. Lees zeker deze eerlijke en positieve bevallingsverhalen voor meer inspiratie. Als je nog gaat bevallen, hopen we je met dit artikel meer te kunnen leren over het bevalproces en alles fases die daarin voor komen. Heb je jouw bevalling al achter de rug, dan kan het leuk zijn om weer eens terug te lezen en te denken: ‘óh ja, die fase herken ik nog….’.

How About Mom: een 'onmisbare app voor aanstaande moeders' 📲