Mijn naam is Marieke, ik ben 29 jaar oud en sinds juli dit jaar trotse moeder van ons zoontje Luca. Het is voor mij bijna een jaar geleden dat ik een miskraam kreeg, en de eenzame periode die daarop volgde herinner ik me als de dag van gisteren. Dat stille verdriet heb ik gevangen in woorden. Met mijn stuk hoop ik troost en herkenning te bieden aan moeders die dit momenteel moeten doorleven.
‘Ik had zelf destijds heel erg behoefte aan ervaringen van anderen, maar het is nou eenmaal niet een onderwerp wat je gemakkelijk bespreekbaar maakt.’
‘Op het moment van schrijven ben ik trotse moeder van een prachtige zoon. Hij is in juli geboren, maar eigenlijk had ik in mei al een wondertje hopen te verwelkomen. Tja, wie denkt dat er nu een luchtig stukje komt, gaat van een koude kermis thuiskomen. De woorden die gaan komen, gaan namelijk over verlies. Over rouw en verdriet. Over paniek, eenzaamheid en leegte. Onderwerpen die je liever niet doorleeft, maar – blijkbaar – wel keihard bij het leven horen. Het is nu precies een jaar geleden dat we afscheid moesten nemen van een droom die uitkwam, en het stille verdriet wat daarop volgde. Dit is mijn verhaal.
Onze wereld op z’n kop
“Pregnant”, stond er op de zwangerschapstest. In het Engels inderdaad, want bij het doen van dat zenuwslopende plasje waren we op vakantie in the States. Het is september 2023 als ik vol ongeloof en rode wangen van opwinding het mijn vriend vertel. Ik ben in verwachting: OMG! En wat een bijzondere – en bizarre – plek om daar achter te komen?! Nog geen dag geleden zat ik aan een goed glas wijn, om nu ineens mijn hele dieet op de kop te gooien. Dag carpaccio, goodbye tonijn en alle lekkere sushi en aufwiedersehen dat goed glas wijn. Gek eigenlijk, hoe de wereld blijft draaien terwijl een simpele test de onze to-taal op zijn kop zet.
We bekomen van de schrik, en genieten van ons ‘geheimpje’ op vakantie. De zwangerschap is – vooral door de duizenden kilometers van huis – nog écht even alleen van ons, en dat is stiekem wel bijzonder. Eenmaal thuis delen we het nieuws vrijwel direct met onze dierbaren. Ook zij zijn met ons in de wolken. We worden gewoon ouders! De eerste echo volgt, en een kloppend hartje bevestigt wat de test ons twee weken eerder liet zien. Er groeit een kindje in mij: wat een wonder! We genieten volop – en nog even in stilte. Tot dat grote genieten stopt. Onze zegeningen worden zorgen, en die zorgen blijken terecht. Ik krijg een miskraam.
Miskraam: afscheid nemen van een droom
Onze wereld stopt ineens met draaien, en de vreugde maakt plaats voor een heel groot en rauw stuk verdriet. Dat wat ik voor mijn kiezen krijg, ken ik nog niet. De rouw is rauw en zó groot, dat ik niet weet waar te beginnen om erop te kauwen. Terwijl ik fysiek afscheid moet nemen van een klein wondertje, moet ik ook afscheid nemen van alle dromen die zich in slechts een paar weken hadden gemanifesteerd.
Mijn droom om moeder te worden was zó tastbaar geworden. Nog nooit voelde iets zo dichtbij, en tegelijkertijd zo ver weg. Ik kan het wel van de daken huilen, en toch is mijn verdriet vooral heel stil en eenzaam.
Bijna niemand wist van deze zwangerschap af – daarvoor vonden we het nog te vroeg. Toch mis ik daardoor het gevoel en de vrijheid om deze heftige gebeurtenis te delen. Want terwijl voor iedereen het leven doorgaat, staat de onze stil. Ik probeer de schijn hoog te houden, maar het is bijna onmogelijk. Ik verschijn een week niet op werk (“griepje”) en meld me af voor mijn hobby’s (“privé omstandigheden”). In werkelijkheid huil ik me de dagen door.
Verdriet, rouw en stilte
Uren kruipen voorbij, en ik vraag me oprecht af hoe ik hier ooit weer bovenop moet komen. De zon schijnt en het is een stralende dag, maar ik begrijp daar niks van. Het is namelijk helemaal geen stralende dag. Elke dag is een strontvervelende en deprimerende dag, die telkens eindeloos lijkt te duren. Ik vraag mezelf af hoe ik in hemelsnaam de dagen moet doorkomen, maar tegelijkertijd wil ik niks doen om mijn dagen te slijten. Het is zinloos.
Met de ziel onder mijn arm en tegelijkertijd een zieltje armer wandel ik met ons hondje, lig ik op de bank, slaap ik wat, eet ik iets en kijk ik reikhalzend uit tot ik weer mag slapen. Terwijl ik ook heel erg tegen de nacht op kijk. Want een nacht betekent ook weer een nieuwe dag. Een herhaling van zetten. Ik weet niet wat ik erger vind: het verdriet, de rouw of de stilte waar ik me in bevind.
Totdat er iets verandert. Er komt ineens een dag waarop ik even niet hoef te huilen. Een ieniemienie zonnestraaltje breekt door mijn wolk. Wauw. Stap voor stap en dag voor dag weet ik vorm te geven aan het gapende gat in mijn hart. Deze miskraam is nu een onderdeel van mij, van óns. En ik besluit dat het er dus ook echt mag zijn. Sterker nog, ik wíl dat het er is. Dit gat hoeft niet gevuld. We hoeven er niet over te fluisteren. Een stiekeme arm om mijn schouder. Het onderwerp niet aansnijden omdat het zo pijnlijk is. Het ís pijnlijk. Nog steeds. Maar het níet benoemen is nog zoveel pijnlijker.
Vergeten zal ik nooit
Alles verandert namelijk op het moment dat je een leven verliest, en leren vorm te geven aan dat verdriet is zo belangrijk. En dus geef ik dat gat in mijn hart elke dag een beetje water. Zonlicht. Ik geef het lieve woordjes, streel het met de palm van mijn hand. Ik herinner, fantaseer, laat zo nu en dan nog een traan. De ruwe randjes van de rouw zijn ervan af, maar vergeten zal ik nooit. Gelukkig maar.’
‘Dag, lief muisje van ons. Het mocht niet zo zijn.’
Meer lezen?
Vrouwen vertellen over hun miskraam
Roos Moggré over het verwerken van een miskraam: ‘Je hoeft niet in stilte te lijden’